Inleiding

Demografie van Japan

Alle keizers van Japan

Het keizerrijk Japan

Geologie van Japan

Alle premiers van Japan

Geografie van Japan

Japan in cijfers

Prefecturen

Het klimaat van Japan

Democratie en politiek

Klik hier, als links het navigatiemenu ontbreekt.


Democratie en politiek

Kokkai: shugi-in en sangi-in
Japan kent ook het tweekamer systeem: de 'kokkai' (meestal in het westen vertaald als de Diet of Nationale Diet). Deze bestaat uit het Huis van Afgevaardigden, de 'shugi-in', vergelijkbaar met onze Tweede Kamer en Het huis van Raden of Hogerhuis, de 'sangi-in', vergelijkbaar met onze Eerste Kamer. De kokkai is het hoogste machtsorgaan van Japan.

Shugi-in

Dietgebouw

Het parlementsgebouw in Tokyo


De leden voor de 480 zetels (in 2000, het waren er eerst meer) van het Huis van Afgevaardigden, shugi-in' worden voor 4 jaar gekozen (of minder) door 311 kiesdistricten. 11 kiesdistricten kiezen samen voor 180 zetels en 300 districten leveren ieder 1 zetel.
De voorlaatste verkiezingen waren op 11 september 2005. De toenmalige premier, Koizumi Junichiro, tevens leider van de grootste politieke partij, de LDP, had in 2005 vervroegde verkiezingen uitgeschreven en zijn politieke lot daaraan verbonden, wegens de door hem gewenste hervormingen, zoals privatisering van de posterijen. Als protest tegen deze privatisering zijn er nieuwe partijen opgericht, zoals de Kokumin Shintô, Shintô Nippon en Shintô Daichi. Koizumi is echter als grote overwinnaar uit deze verkiezingen gekomen en begint dan aan zijn derde termijn als premier van Japan. De coalitie bestond uit de LDP en de 'New Kômei-tô'. Zij hebben na de verkiezingen van 2005 een nog grotere meerderheid, 327 (was 271) van de 480 zetels en hoewel de LDP nu alleen al een absolute meerderheid heeft, wilde Koizumi toch deze coalitie continueren.

De meest recente verkiezingen voor de shugi-in waren op 30 augustus 2009. Daarbij heeft de regerende partij, de LDP, een verpletterende nederlaag geleden. De regerende coalitie kwam niet verder dan 140 van de 480 zetels. De oppositie, de DPJ, kreeg 308 zetels en heeft daarmee een absolute meerderheid.
Op 16 september 2009 werd de leider van de DPJ, Hatoyama Yukio, door keizer Akihito beëdigd als nieuwe premier van Japan en daarmee kwam een eind aan zo'n 50 jaar premierschap van de LDP. De DPJ vormt een coalitie met de twee kleinere parijen, de sociaal democratische SDP en de Kokumin Shintô. Hatoyama Yukio belooft een nieuwe koers te gaan varen, o.a. in een minder slaafse samenwerking met Amerika, betere banden met China en, belangrijk voor de Japanners, betere sociale voorzieningen. Hij wil opkomen voor de belangen van de gewone Japanner.

Japan kent vele politieke partijen. De grotere zijn hieronder in de tabel aangegeven met de nieuwe zetelverdeling in de shugi-in, vergeleken met de uitslag van 2005.

Grootste politieke partijen en hun zetelverdeling in de shugi-in

2005

2009

Minshu-tô

Democratische Partij van Japan (DPJ)

liberaal

113

308

Jiyu Minshu-tô

Liberaal Democratische Partij (LDP)

conservatief

296

119

New Kômei-tô

Schone Regeringspartij

boeddhistisch

31

21

Nihon Kyôsan-tô

Communistische partij (JCP)

communisten

9

9

Shakai Minshu-tô

Sociaal-Democratische partij (SDP)

sociaal democraten

7

7

Minna no tô

Partij voor iedereen

 

-

5

Kokumin Shintô

Nieuwe partij van het volk (PNP)

 

4

3

Shintô Nippon

Nieuwe partij van Japan

 

1

1

 

Kleinere partijen

 

-

1

Shintô Daichi

Nieuwe partij van moeder Aarde

 

1

-

 

Onafhankelijken

 

18

6

Totaal

   

480

480

Voor websites van de vier grootste Japanse politieke partijen (in het Engels), klik hier.

Premiers
In oktober 2021 volgde Kishida Fumio Suga Yoshihide als premier van Japan op. Hij is net daarvoor al gekozen tot partijleider van de LDP. Hieronder een overzicht van de laatste 10 premiers van Japan, van 2006 tot nu.

Familienaam Voornaam

van

tot

Koizumi Junichirô

4-2000

9-2006

Abe Shinzô (LDP)

9-2006

9-2007

Fukuda Yasuo (LDP)

9-2007

9-2008

Aso Taro (LDP)

9-2008

9-2009

Hatoyama Yukio (DPJ)

9-2009

6-2010

Kan Naoto (DPJ)

6-2010

8-2011

Yoshihiko  Noda (DPJ)

8-2011

12-2012

Abe Shinzô (LDP)

12-2012

9-2020

Suga Yoshihide (LDP)

9-2020

10-2021

Kishida Fumio (LDP)

10-2021

heden

Voor de volledige lijst, zie de pagina Alle premiers van Japan.

Sangi-in
De sangi-in (dus als onze Eerste Kamer), heeft 242 zetels. De leden hiervan worden voor zes jaar gekozen, waarbij om de drie jaar de helft wordt vervangen. Van deze 242 leden worden er 96 direct door het volk gekozen en de overige 146 door de kiesdistricten. Tijdens verkiezingen van 11 juli 2004 was de ene helft gekozen en voor de andere helft waren de laatste verkiezingen op 29 juli 2007.
Door allerlei schandalen heeft de LDP, van de huidige premier Abe Shinzô, het vertrouwen verloren en daardoor nu bij de verkiezingen van 2007, ook de meerderheid in de sangi-in. De DPJ kwam als grote overwinnaar uit de bus. Van de 121 nieuwe zetels heeft de LDP er maar 37 gekregen en komt nu totaal op 83 zetels (was 110). De DPJ heeft 60 nieuwe zetels gekregen en komt daarmee op 109 zetels (was 81), een ruime meerderheid dus. Abe Shinzô (LDP) heeft wel gezegd aan te zullen blijven als premier, maar treedt toch af op 25 september 2007.
De grote winst van DPJ in de verkiezingen van 2007 was ongetwijfeld te danken aan een aantal factoren. Zo waren er verschillende (corruptie)schandalen rond functionarissen van de LDP. Een andere factor is waarschijnlijk het feit dat de man in de straat eigenlijk weinig merkte van de economische opbloei van Japan. De bedrijven maakten wel grote winsten, maar de salarissen waren juist minder geworden. Er heerste dus onvrede over de situatie. De DPJ beloofde meer aandacht voor het dagelijks leven van de gewone man en dat heeft de mensen kennelijk aangesproken. Met die leus heeft de DPJ, met hun leider Ozawa Ichiro, ook steun gezocht en gevonden op het platteland, waar de dagelijkse nood soms erg hoog is. Het platteland was trouwens traditioneel LDP gericht, maar heeft in 2007 kennelijk de voorkeur aan de DPJ hebben gegeven.
In juli 2010 zijn er weer verkiezingen voor een helft van de sangi-in geweest. Uit angst voor stemmenverlies was Hatoyama Yukio (DPJ) al teruggetreden als premier en had Kan Naoto het stokje overgenomen, maar desondanks heeft de DPJ toch een ferme klap gekregen. Zij verloren 16 zetels en komen nu op 106. Samen met hun coalitiegenoten komen zij op 110 zetels en dat is geen meerderheid meer.

Regering (naikaku)
De eerste minister wordt door de 'kokkai' (of Diet) gekozen en deze eerste minister kiest max. 20 ministers. Zo heeft men nu naast de premier, een vicepremier, een minister van buitenlandse zaken, een minister van justitie, een minister van financiën, een minister van onderwijs, een minister van gezondheid en welzijn, een minister van landbouw, bosbouw en visserij, een minister van handel en industrie (van het beroemde MITI, ministry of International Trade and Industry), een minister van transport, een minister van posterijen en telecommunicatie, een minister van werkgelegenheid, een minister van binnenlandse zaken en een minister van wederopbouw.
Net als bij ons komt de regering met wetsvoorstellen die door de kokkai goedgekeurd moeten worden.

Verkiezingen (senkyo) en kiesrecht
In de Meiji periode (1868-1912), mochten alleen mannen stemmen, die ouder waren dan 25 jaar en meer dan een bepaalde hoeveelheid belasting per jaar betaalden. In 1925 werd dit uitgebreid, zodat alle volwassen mannen mochten stemmen maar het stemrecht voor vrouwen kwam pas na de Tweede Wereldoorlog en is nu geregeld door de grondwet. Volgens deze wet hebben alle volwassenen, vanaf 20 jaar passief stemrecht en heeft iedereen boven de 30 jaar actief stemrecht voor het Huis van Raden. Voor andere gekozen functies geldt 25 jaar als leeftijdsgrens voor het actieve stemrecht. Overigens geldt het hier genoemde stemrecht uitsluitend voor personen met de Japanse nationaliteit, ook voor de lagere overheden zoals gemeenteraad.

Grondwet (kenpo)
De eerste grondwet in Japan kwam tijdens de Meiji periode (1868-1912) in 1889 maar het grootste deel van de macht lag bij de keizer en was dus nog geen echte democratische grondwet. Pas na de Tweede Wereldoorlog hebben de Amerikanen een (westerse) grondwet opgesteld en die is in 1946 van kracht geworden. Hierin ligt de macht bij het volk via verkiezingen en een democratisch gekozen Huis van Raden en Huis van Afgevaardigden. De keizer kreeg uitsluitend een symboolfunctie. Ook werd het Japan verboden een leger te hebben. Amerikanen zorgden aanvankelijk voor de veiligheid van Japan maar dit is later overgenomen door een 'zelfverdedigingsmacht'. Het verschil met een leger is natuurlijk erg vaag. Het niet hoeven onderhouden van een krijgsmacht heeft Japan veel geld opgeleverd en dit heeft waarschijnlijk mede bijgedragen aan de snelle groei van de economie.

Links

Literatuur


Deze pagina is een onderdeel van Uchiyama's website over Japan
terug naar begin